Op zoek naar nieuwe werelden
Op 27 december brengt een raket vanuit Baikonur de Frans-Europese ruimtetelescoop COROT in een baan rond de aarde. COROT wordt ingezet voor de zoektocht naar aardachtige planeten buiten ons eigen zonnestelsel. SRON ruimteonderzoekers volgen de missie met belangstelling. Planeetonderzoeker Daphne Stam: “Het leuke van COROT is dat hij in staat zal zijn kleine, rotsachtige planeten te detecteren. ”
COROT, wat staat voor Convection Rotation and Planetary Transits, is een missie van de Franse ruimtevaartorganisatie CNES en de Europese ruimtevaartorganisatie ESA. De ruimtetelescoop gaat allerlei processen in het binnenste en aan het oppervlak van sterren te bestuderen, zoals sterbevingen. Daarnaast is COROT is staat het dimmen van het sterlicht te detecteren op het moment dat een planeet voor de ster langs beweegt.
De jacht op exoplaneten, planeten bij andere sterren dan onze zon, begon in 1995 met de eerste ontdekking van zo’n verre wereld: 51 Pegasi b. Sindsdien zijn er meer dan 200 exoplaneten gevonden met telescopen op de grond. In alle gevallen ging het om gasplaneten die weinig lijken op de aarde en bovendien vele malen groter zijn.
Met name als het gaat om het vinden van kleine, rotsachtige planeten kijken planeetonderzoekers dus met ingehouden adem naar de eerste resultaten van COROT. Daphne Stam: “Van de grote gasplaneten, zoals Jupiter, is inmiddels bekend dat ze bij ongeveer 20 procent van de zonachtige sterren voorkomen. Maar we weten nog helemaal niets over de frequentie van het voorkomen van kleine rotsachtige planeten, zoals de aarde.”
SRON werkt mee aan de voorbereiding van toekomstige ruimtetelescopen die echt foto’s kunnen maken van die rotsachtige planeten, zoals de ESA-missie DARWIN. Daarvoor is zijn de resultaten van COROT van groot belang. “Door COROT wordt het eindelijk duidelijk hoeveel van die rotsachtige planeten we kunnen verwachten”, aldus Daphne Stam. “Als je dankzij COROT een paar sterren kent waarvan je zeker weet dat zich daar rotsachtige planeten bevinden, dan kun je daar met Darwin als eerste naar gaan kijken.”