Grote arrays van MKID-detectoren voor ver-infrarood bereiken de fundamentele gevoeligheidslimieten die worden gesteld door natuurlijke hemelachtergronden en diepgekoelde telescopen en optica. Onze MKID’s zijn gevoelig genoeg om de ver-infrarode achtergrondstraling van het heelal te detecteren.
Dit betekent dat elke bron die sterk genoeg is om deze achtergrond te overwinnen door onze MKID’s kan worden gedetecteerd. Voor het zwakkere deel van deze bronnen is het een voorwaarde dat de omringende apparatuur, zoals de spiegels en de uitleestechnologie, op temperaturen dicht bij het absolute nulpunt worden gehouden. Belangrijke gevallen van ver-infraroodwetenschap zijn de evolutie van melkwegstelsels en planeetvorming, waarbij we bijvoorbeeld de overvloed aan elementen bestuderen. We combineren MKID’s met dispersieve optische elementen om de karteringssnelheden te verhogen en de spectraallijnen van elementen te meten met een resolutie die meerdere ordes van grootte hoger ligt dan wat eerder is bereikt.